Er werd op 22 juni bekend gemaakt in Amerika dat vrouwen die zwanger zijn moeten worden gevaccineerd tegen kinkhoest: een hele stap.Tot deze conclusie kwam de adviesraad van de Centers for Disease Control and Prevention. Het aanbevolen vaccin moet worden gegeven aan zwangere vrouwen in het late tweede of derde trimester. De goedkeuring was een verandering van een eerdere aanbeveling van het panel te wachten tot direct na de bevalling.
Een voordeel van het vaccineren van zwangere vrouwen tegen kinkhoest, is dat zij de antilichamen tegen de ziekte kunnen doorgeven aan de foetus. Hierdoor kan er een zekere mate van bescherming zijn vlak na de geboorte, aldus dr. William Schaffner, een professor in de preventieve geneeskunde aan de Vanderbilt University School of Medicine. Daarnaast wordt de moeder beschermd voor een langere periode, aldus Schaffner.
De CDC moet nog beslissen over de eventuele bijwerkingen, maar vaak wordt het advies van de panelen opgevolgd. Het panel stemde omdat er een stijging is van de gevallen van kinkhoest in de Verenigde Staten in de afgelopen jaren. In 2009 zijn bijna 17.000 gevallen gemeld in het land, in vergelijking met 13.000 het jaar daarvoor, aldus de CDC.
Zuigelingen jonger dan 6 maanden lopen het grootste risico te overlijden aan kinkhoest. Bij het consultatie bureau, vaak gelegen in het Centrum voor Jeugd en Gezin, wordt je kindje in Nederland ingeënt.
In het Rijksvaccinatieprogramma is onder meer de DKTP-vaccinatie opgenomen. Deze is gericht op voorkomen van de aandoeningen difterie, kinkhoest, tetanus en polio. De DKTP-vaccinatie wordt gegeven op de leeftijd van 2, 3, 4 en 11 maanden en 4 jaar. Op de leeftijd van 9 jaar wordt nog eens een DTP-vaccinatie gegeven.
In 1964 is het Rijksvaccinatieprogramma ontwikkeld zoals wij het nu nog kennen. Wel zijn er een aantal vaccins bijgekomen. In Nederland zijn dus de meeste volwassenen wel gevaccineerd, maar de werking van het vaccin kan bescherming bieden tussen de 4 en de 15 jaar.